donderdag 23 december 2010

Laura leeft




Ik was haar helemaal vergeten: Laura Dekker. Op een dikke twee weken is ze van de Kaapverdische eilanden naar Sint Maarten gezeild. Respect.

Maar het is en blijft een onzinnige onderneming. John Vigor had er op zijn blog een leuke opmerking over:

"But I’m afraid I’m not terribly sure why she’s doing this. After all, she will be 16 by the time she finishes, because she’s going to be visiting a whole lot of ports of call on the way. The present holder of the record, the Australian Jessica Watson, was also 16 when she finished at Sydney — but only just. She scraped in a little while before her 17th birthday. So in theory, Laura Dekker could complete her voyage as a younger 16 than Jessica Watson’s 16. But that would surely be a hollow victory because Jessica not only sailed alone around the world, she also sailed non-stop and without any outside assistance via Cape Horn, the Cape of Good Hope, and the Southern Ocean — a far more venturesome voyage than the one Laura is apparently contemplating."

Dit bewijst voor mij ook wel dat de trip van Watson zo mogelijk nog lichtzinniger was dan die van Dekker. Voor dit soort reizen is de geschiedenis al lang geschreven. De eerste persoon die solo rond de wereld zeilde, zal altijd Slocum blijven. De eerste die dat non-stop deed, zal altijd Knox-Johnston heten. En Robin Lee Graham zal eeuwig het predikaat "de jongste" op zak hebben.
Het zijn die eerstelingen die belangrijk zijn, de overigen zullen nooit uit de schaduw kunnen treden en altijd in de voetnoten blijven steken.

Het spreekt wel in het voordeel van Laura dat ze die tussenstops inlast. Op die manier komt ze in contact met een aantal gemeenschappen en lokale bevolkingen. Ze ziet tenminste nog iets van de wereld, en die ervaringen zullen bepalender worden voor haar -denk ik- dan wanneer ze louter als een achterlijke race-kip non-stop rond de wereld zou denderen.

Stiekem hoop ik eigenlijk dat ze halverwege een "Moitessier"-tje pleegt, haar middelvinger opsteekt naar heel die recordaffaire en het voorbeeld van Lee Graham volgt. Die vertrok op 16-jarige leeftijd, en deed er 5 jaar over. Haar persoonlijkheid lijkt me er pittig genoeg voor.

donderdag 11 november 2010

En toen werden de dagen korter...

Het restauratieseizoen zit er zo goed als op. In het voorjaar pikken we de draad weer op.

De binnenromp van Ommelander is gereinigd met cellulosethinner, en kreeg een eerste laag verf. Een breuk met de traditie, want het interieur is nog nooit geschilderd geweest.
Ook de vloerplanken zijn opgeschuurd, en de rotte gedeelten vervangen door gezond hout. Het schilderen ervan is niet helemaal geslaagd. De vloer is nu zo glad als een ijsbaan, ...en dat was niet de bedoeling.

donderdag 21 oktober 2010

Tussendoortje








Koen heeft nog eens nieuw projectje gevonden. Iets voor tijdens het pensioen?

woensdag 13 oktober 2010

Verstevigingen




Alhoewel de construktie van Ommelander veelal vakmanschap vertoont, is er 1 aspect waar ik minder enthousiast over ben. En dat is de manier waarop de werf de dekbalken onder de gangboord in de zijkanten van het dekhuis heeft ingewerkt.

De dekconstructie zorgt er voor dat een romp tijdens het zeilen niet getorst wordt door de tegenwerkende krachten van enerzijds de ballast en anderzijds de mast. Hoe meer openingen in het dek (voor de kuip, de kajuit en dekluiken), hoe minder rigide de structuur wordt, hoe groter de mogelijkheid tot torsing.

Om de structurele kracht van het dek te waarborgen, is het aangewezen om een laterale dekbalk te gebruiken als de zijkant van zo’n opening. Op die manier wordt er een “kader” gevormd binnen de dekconstructie, die meteen ook een solide basis zou vormen voor bv een dekhuis.

En net dat is bij Ommelander niet gebeurd. De dekbalken onder de gangboord zijn rechtstreeks verbonden met de opstaande kanten van het dekhuis. Ik vraag me af of dit niet mee de oorzaak is van de grote barst in de zijkant van het dekhuis. Tesamen met het wegroesten van de onderzijde van het metalen tussenschot, en het breken van de spanten.

En wederom, moest geld geen optie zijn, ik zou het dekhuis afbreken, de dekconstructie aanpakken, en bij de heropbouw van de kajuit een nieuwe mahonieplank als zijkant gebruiken.
Nu is het behelpen met extra metalen verstevigingen. De mahoniezijkant wordt versterkt met geprofileerde eiken balkjes. Met de reparatie van het tussenschot, en het steken van nieuwe spanten, hoop ik dat dat voldoende is.

maandag 20 september 2010

Het doodskleed





De zijkanten van het dekhuis zijn ooit bekleed geworden met een laag glasvezel. En op die manier belanden we met de beide voetjes in een discussie met een bovengemiddelde contraversie. Sommigen vinden het een goed idee, en ze wijzen op de onderhoudsvriendelijke aspecten, anderen noemen de behandeling dan weer het aanbrengen van een doodskleed.

Zelf voel ik mij nogal aangesproken door de stelling dat glasvezel en hechthout (multiplex) natuurlijke bondgenoten zijn, maar dat het niet thuishoort op massief hout. Het schijnt dat het te maken heeft met het feit dat hechthout stabiel is, terwijl massief hout "werkt".

Ook het verwijderen van een laag glasvezel wordt dikwijls als een complete nachtmerrie beschouwd, maar tot mijn genoegen vlotte dit werkje heel goed.

woensdag 8 september 2010

IJzerwaren


Ik heb totaal geen idee wat de juiste Nederlandse term voor "bulkhead" is. Bij gebrek aan beter noem ik het dan maar "tussenschot".



Tot voor kort wist ik ook niet dat dat tussenschot uit massief metaal gemaakt was. Ik dacht eerlijk gezegd dat het bestond uit een metalen kader rond een houten plaat.

Maar het bleek dus allemaal iets steviger van constructie te zijn.

De kader vormt een "ring" die dwars op de kiel staat, en voor de helft opgevuld is een metalen plaat die tot voor kort een houten bekleding had. Bij het verwijderen van die bekleding bleek dat de voet van de plaat en kader volledig weggeroest waren.



Hoog tijd dus om de verroeste delen uit te slijpen, en er in nieuw stuk in te lassen.


zondag 29 augustus 2010

Spanten (3)




De eerste "voor en na" foto's.

Alle nieuwe spanten steken in de romp. Ook is kimweger gedeeltelijk vernieuwd. Deze weger stak in de weg om op een vlotte manier de nieuwe spanten te kunnen plaatsen. En aangezien de oude toch een barst begon te vertonen, hebben we er maar meteen korte metten mee gemaakt: een stuk van drie meter uit de oude gezaagd, en na de werkzaamheden aan de spanten, er een nieuw stuk met twee liplassen ingezet.

dinsdag 24 augustus 2010

Stap voor stap.



Verandering van spijs doet eten. Nu we weeral een aantal weken zaken aan het opbouwen waren, is het nu terug tijd om wat te slopen.

Die verdomde puttingsijzers bijvoorbeeld. En één afbeelding zegt meer dan 1000 woorden. Hun staat varieert van heel matig tot ronduit rampzalig. Als je je dan bedenkt dat dit de bevestigingspunten waren van het systeem dat de mast moet rechthouden...

Een andere ontdekking betrof het aantal. Bovendeks telde je er maar 3 langs elke kant. En dit lijkt mij ook vrij gebruikelijk. Maar bij de verwijdering van het interieur, bleek er nog een vierde paar te zijn, waarvan men ooit de toppen van afgezaagd had.




Ommelander heeft geen toilet aan boord. Er is wel een bronzen waterinlaat en lozingsklep aanwezig. Maar omdat de ecologische (en wettelijke) gevoeligheden ivm met het rechtsreeks lozen van menselijke excrementen in kustwateren dermate veranderd zijn, hebben ze geen funktie meer.




Elke opening in de romp is er eentje teveel, dus ook deze kleppen worden verwijderd. Ik hoop dat ik ze ergens intern kan hergebruiken, want het blijven natuurlijk originele onderdelen van Ommelander. En authenticiteits-issues zijn nooit ver weg bij historische jachten. Maar het veiligheidsaspect woog hier zwaarder.




zaterdag 14 augustus 2010

Spanten (2)



Nadat de "putti" uitgeboord is, worden de klinknagels verwijderd. Ik ga even op de feiten voorlopen, en het procédé van het klinken uitleggen.
Een klinknagel bestaat uit 2 delen: de spijker, die niet veel verschilt van een gewoon exemplaar, en een "hoedje". Bij het klinken wordt de nagel door de plank en de spant geslagen, zodat de punt langs de binnenkant van de romp uitsteek. Het hoedje, dat in het midden geperforeerd is, schuift men over de punt. Die punt wordt tenslotte plat gehamerd, zodat de klinknagel als het ware een kop aan elk uiteinde heeft waar de plank en spant tussen geklemd zitten.

Omdat we de spanten weggekapt hebben, kunnen we zonder problemen het hoedje met een tang afknijpen. De spijker kan dan van binnen naar buiten uitgeslagen worden. Dit gebeurt met een zekere omzichtigheid. Want de kop van de nagel wil het hout aan de buitenkant wel eens beschadigen.




De eiken planken zijn tot spanten verzaagd. Alhoewel we er maar 16 gebruiken, hebben we er veel meer gezaagd. Op die manier kunnen we een kwaliteits-selectie uitvoeren, en hebben we nog reserve-exemplaren wanneer er enkele breken bij het plaatsen.




De volgende stap is een van de meest fascinerende aspecten van de traditionele scheepsbouw. Groen hout kan je stomen. Je hebt enkel een ketel water nodig, een verwarmingselement, en een kist die als oven fungeert.
Onze 3,5 cm dikke spanten die in de kist gestoomd worden, krijgen na een tijdje zulke flexibele eigenschappen, dat we ze zonder veel problemen in een U-vorm, of misschien zelfs in een cirkel, kunnen plooien. Zolang ze warm blijven, tenminste.
Wanneer ze terug afkoelen, verliezen ze die flexibiliteit. Maar ze blijven wel hun geplooide vorm behouden.




En dan is het louter een kwestie van teamwork. Persoon A (ondergetekende in dit geval) geeft een gloeiend hete spant door aan persoon B die in de boot zit. Persoon B duwt de spant in vorm tegen de binnenkant van de romp, op de plaats waar ze komt te zitten. En persoon A zet de spant langs de buitenkant van de romp (tijdelijk) vast met enkele schroeven.




En dan kan heel het spelletje herbeginnen voor de tweede reeks spanten.

vrijdag 6 augustus 2010

Spanten



De voornaamste strukturele schade heeft Ommelander aan bakboordzijde geleden. 16 spanten, hier aangeduid met een rood kruisje, waren rot en gebroken. De kimweger (een horizontale balk, bevestigd over de volle lengte van het jacht) was gebarsten.





Een van de voornaamste boosdoeners kan gevonden worden in een lekkend dek. Zelfs een klein beetje water veroorzaakte al een deftige instroom langs de binnenzijde van de beplanking. Dit deel van de boot stak achter de houten rugleuning van de zitbanken, en de povere verluchting heeft rotverschijnselen in de hand gewerkt. De verzwakte spanten konden de druk niet meer aan, en braken tenslotte.




Ook de puttingijzers hebben hun duit in het zakje gedaan. Deze metalen latten worden tegen de zijkant van het jacht geschroefd om er de verstaging aan te bevestigen. Soms gebeurt dit aan de buitenkant van een boot, soms aan de binnenkant. Deze laatste variant wordt gekozen omwille van esthetische redenen, maar heeft als nadeel dat het notoire deklekken veroorzaakt.

Dit soort aftakeling door verwaarlozing is een klassieker in de doodsoorzaak van houten jachten. Het begin van het einde. Ik heb Ommelander dus net op tijd gevonden, ...of zij mij.





Nu de diagnose vastgesteld is, kan de operatie beginnen. Eerst wordt elke tweede rotte spant rond de koperen klinknagels weggekapt. De eerste rotte spant blijft voorlopig behouden. Moesten we al de spanten in een keer verwijderen, lopen we het risico dat de romp zijn vorm verliest.

Aan de buitenkant wordt de verf afgekrabt om daar de positie van klinknagels te bepalen. Meteen is duidelijk dat de romp van Ommelander nooit vernist, maar altijd geverfd geweest is. De klinknagels steken achter een laag witte "putti", die bij een geverniste afwerking zeer duidelijk zouden afsteken tegen het hout. Men kan dit enkel vermijden door houten pluggen te gebruiken.


(wordt vervolgd)

vrijdag 30 juli 2010

Een bakske vol met...



...Nee, Urbanusfans, geen stro... Hout!
Eiken planken die tot spanten verzaagd zullen worden, en een stevige eiken balk dat als basismateriaal gaat dienen voor de wrangen. Het kleinere balkje op de achtergrond behoort niet tot de partij. Langs de zijkant zie je duidelijk een lichtere verkleuring. Dat is spint, heel rotgevoelig, en dus waardeloos om in de boot te gebruiken.



In een perfecte wereld waar geld geen rol speelt, zouden deze wrangbouten vervangen worden door nieuwe exemplaren. Dat zou niet alleen slim zijn, het zou ook van inzicht getuigen om dit nu te doen, wanneer heel het interieur uit de boot verwijderd is. En eigenlijk geldt dit voor alle bouten in de kiel, ook voor de kielbouten die je oa aan de andere kant van de stalen hulpspant ziet steken. Een zware en kostelijke ingreep, want dan moet de loden ballast van de kiel verwijderd worden.
Koen vindt dit zotte kosten, want volgens hem zijn de kielbouten in goede staat. Dus ga ik verder op zijn professioneel oordeel, alhoewel mijn gezond verstand me zegt dat het eigenlijk niet mogelijk is om volledig zeker te zijn van de staat van die bouten zonder de boel te demonteren. Mijn bankrekening, die in dit geval niet de minste consideratie heeft voor mijn angsten, marcheert vrolijk achter de mening van Koen aan.






Uiteindelijk hebben we toch een compromis bereikt tussen wat financieel en praktisch mogelijk is.
Normaal gezien is een houten kielbalk door middel van wrangen met de romp van een boot verbonden. Door deze wrangen steekt dan een kielbout die het ballast onder de kielbalk tegen het schip houdt.
Bij Ommelander zijn deze wrangen van secundair belang. De kielbouten zijn rechtstreeks aan de kielbalk bevestigt, en die kielbalk hangt aan relatief recente, stalen hulpspanten met hier en daar een vernieuwde kielbout.
Het sleutelwoord is hier relatief. Je weet natuurlijk niet wanneer die werken uitgevoerd zijn. Voor het zelfde geld gaan die dingen ook alweer 30 jaar mee. Het ware daarom interessant geweest indien de vorige bezitters wat guller hadden omgesprongen met informatie over hun eigenaarschap.
In elk geval ogen die aanpassingen nog in goede staat.

Om toch meer zekerheid in te bouwen, bestaat het compromis eruit, dat we in elke nieuwe wrang, een nieuwe bout gaan aanbrengen die tot in het loden ballast steekt. Op die manier brengen we zonder zware strukturele ingrepen toch een nieuwe kielophanging aan.

donderdag 15 juli 2010

Het klyct blijkbaar nog steeds niet...

Geacht Klyc secretariaat,

tot mijn grote verbazing, om niet te zeggen: irritatie, heb ik weeral een aanmaning gekregen voor het vereffenen van een rekening die ik al EIND MAART betaald heb.

U kan onder dit bericht de mailcorrespondentie volgen over de afspraken ivm mijn bootbehandeling op 2 april. Daarin kan U duidelijk lezen dat de heer P...... het volgende stelt:


"Gelieve dit bedrag cash te betalen bij einde manipulatie of OP VOORHAND over te schrijven op rekening KLYC

U krijgt hiervoor een factuur."


Ik had dus een week op voorhand de rekening betaald, zelfs 10 euro teveel omwille van een foutje met de btw berekening. Weken later volgde inderdaad de factuur. Omdat ik al betaald had, heb ik daar verder geen gehoor aan gegeven. Bij de EERSTE aanmaning heb ik mij PERSOONLIJK aangeboden op uw secretariaat, en heb ik het misverstand uit de doeken gedaan. Meteen hebben we toen het BTW foutje opgelost, en kreeg ik 10 euro cash terugbetaald. En nu stuurt U dus mij een TWEEDE aanmaning... of dat denk ik toch. Want alhoewel de factuur het enkel heeft over "in en uit het water halen" en "verplaatsen van boot", schrijft U in de begeleidende brief dat mijn lidgeld voor 2010 nog niet betaald zou zijn!!!

Ik zou U er dus ook nog graag op wijzen dat ik op xx xxxxxxx 2009 mijn lidgeld van 2010 op de rekening van uw glorieuze vereniging gestort hebt.

Ik weet niet welk zootje U van uw boekhouding maakt, dus zal ik het nogmaals herhalen:


Mijn bootbehandeling van 2 april 2010 is betaald geworden een week voordien, op xx xxxxxx 2010.


Mijn lidgeld 2010 is betaald geworden op xx xxxxxxx 2009.


Met vriendelijke groeten,



De volgende dag kreeg ik een reply waarin ze toegaven dat ik gelijk had. Het zijn vriendelijke mensen, maar organisatie is niet hun sterkste punt.

zondag 20 juni 2010

Grasduinen



Ommelander zag het levenslicht op de jachtwerf Hollandia in Woubrugge bij Alphen aan Den Rijn. Om het verhaal achter Ommelander te kunnen napluizen, vormt haar geboorteplek dan ook een logisch begin.

De werf bestaat nog steeds, maar heeft intussen een andere naam en eigenaar. Een arbeider die 17 jaar op de werf werkte, nam haar in 1989 over van de bouwers van Ommelander, de familie Markx.

Helaas beschikt het huidig bedrijf niet over het archief van de vorige firma. De heren Markx zijn inmiddels niet meer in leven en men twijfelt zelfs of er überhaubt een archief bewaard is gebleven. Da's dus pech hebben.

Ook het verhaal in de andere richting aflopen, lukt niet echt. De vorige eigenaar van Ommelander wist me enkel de naam te geven van de persoon van wie hij de boot kocht. Via het internet, en het nodige geluk, ben ik er nog wel in geslaagd om die persoon te contacteren, maar dat heeft enkel de mededeling opgeleverd dat die "het schip in het water gekocht en verkocht" heeft.
Op mijn vraag van wie hij de boot overgenomen had, kwam nooit een antwoord... Dood spoor nummer 2.

Ik bewandel nog een derde piste. Ommelander is nauw verbonden met de ontstaansgeschiedenis van de "Nederlandsche Vereeniging van Kustzeilers". En de archivaris van die vereniging liet me vandaag weten bereid te zijn om in hun archief naar sporen van Ommelander te zoeken. Ik ben benieuwd wat dat gaat opleveren.

vrijdag 4 juni 2010

Een raamvertelling






Wie zijn deze mannen, deze scheepsbouwers die Ommelander van een ontwerp op papier tot een driedimensionele realiteit gemaakt hebben? En dat op de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. Hebben ze allemaal die oorlog overleefd? Zat er een toekomstig collaborateur tussen, of nét iemand die een rol in het verzet zou spelen? Waarschijnlijker hebben zij en hun families de oorlog gewoon proberen te overleven, dag per dag, zo goed en kwaad als het ging.

Geschiedenis met een kleine "g" loopt hier hand in hand met de "grote" geschiedenis,... zoals dat altijd en met alles het geval is. Maar als tijdscapsule vormt een boot toch wel een klasse apart. Zelden krijgt een, in essentie, inert object zoveel personaliteit toebedeeld als een schip. De afgelopen 71 jaar heeft Ommelander in meer of mindere mate een rol gespeeld in de levens van een heleboel mensen. Ze vormt de rode draad van een raamvertelling.
Brokstukken van dat verhaal kwam in een geel kaftje bij mij terecht met de aankoop: fotokopiëen van het orginele contract en oude foto's, een interview met de oorspronkelijke opdrachtgever en eigenaar uit een jachtclubblad enz.

Nu Ommelander aan een nieuw hoofdstuk begonnen is, wordt het wel eens tijd om die vorige hoofdstukken uit te pluizen.

vrijdag 28 mei 2010

Oostende voor Anker 2010








OVA 2010 werd opgefleurd door de aanwezigheid van een grote zus van Ommelander.

Oha werd in 1952 bij Scharstein in Strande (nabij Kiel) gebouwd. De huidige eigenaar kocht het schip in 1991 en werkte tot 2001 aan zijn restauratie. De Oha is een Duitse 6 meter klasse, een sportief zeiljacht dat erg populair is in de Baltische wateren.

Lengte 9.50 m
Breedte 2.30 m
Diepgang 1.70 m

Hopelijk ziet binnen afzienbare tijd Ommelander er net zo fris uit.